Vakantie

‹ Terug naar overzicht
Geplaatst op:
We hebben er allemaal naar uitgezien en dan is het eindelijk zo ver: vakantie. Ook als je thuis blijft deze zomer is het niet te missen, het is vakantietijd. Nu kom je in de Bijbel het woord vakantie niet tegen. Het lijkt er ook op dat mensen in de tijd van de Bijbel geen vakantie namen.

Door ds. Rutger Heij

Is het dan wel bijbels om vakantie te houden? We zijn het zo gewoon gaan vinden dat we ons helemaal niet afvragen of het wel past in een christelijke levensstijl. Wie geeft ons eigenlijk vakantie, doet God dat? Wij willen het wel zo ontvangen, als zegen uit zijn hand. Maar als onze vakantie een zegen is uit Gods hand dan zullen we onze vakantie ook verbinden met Hem. Hoe doe je dat? Ik stel die vraag omdat het omgekeerde zo gemakkelijk gebeurt, dat we in de zomer ook een beetje vakantie nemen van God. Bidden, bijbellezen, de kerkdienst, het schiet er zomaar bij in.

In de Bijbel komt vakantie niet voor, maar er wordt wel veel gereisd. Ook verblijven mensen in tenten. Wanneer de Israëlieten van Egypte naar Kanaän reizen, leidt de Here hen dwars door de woestijn. Telkens weer moeten ze hun tenten afbreken en opzetten. In de Bijbel staat dat de Here bewust een lange route kiest omdat Hij zijn volk wil leren op Hem te vertrouwen. In het boek Handelingen lezen we van de reizen die Paulus maakte. Dat waren geen vakantietrips. Wel reisde hij door een prachtig gebied: rond de Middellandse Zee, Turkije en Griekenland. Ik geloof niet dat Paulus ooit vakantie hield, hij schrijft in zijn brieven dat hij zich juist dag en nacht heeft ingespannen (1 Tessalonicenzen 2:9, 2 Tessalonicenzen 3:8, zie ook Handelingen 20:31).

Er wordt wel gereisd in de Bijbel, maar geen vakantie gevierd. Dan blijft de vraag of vakantie houden bijbels is. Nu vertelt de Bijbel wel over de rust die God de mens gunt. God geeft zijn volk de wekelijkse sabbat. Daar heeft God twee redenen voor: 1) Hij heeft zelf gerust na zes dagen scheppingswerk en net zo mag de mens op adem komen, en 2) de sabbat is bedoeld om terug te denken aan de bevrijding uit Egypte. Later zet Jezus dit bevrijdende werk van God juist ook op de sabbat voort: Hij geneest mensen van ziekte, kwalen en kwade bindingen. Zo vervult Hij wat Jesaja 58 aanwijst als invulling van de sabbat: ‘De verdrukten bevrijden, (…) ieder juk breken (…) je brood delen met de hongerige, onderdak bieden aan armen zonder huis, (…) je bekommeren om je medemensen’. De rustdag is niet een dag zonder inspanning maar een dag van bevrijding, van het vieren van de bevrijding en daar anderen in laten delen. Het dichtst in de buurt van vakantie komt in de Bijbel nog het sabbatsjaar (Leviticus 25). Aan Israël gaf de Here elk zevende jaar een periode van ‘rustig aan kunnen doen’. In het verlengde daarvan mogen wij onze vakanties ontvangen.

Als we onze vakantie in deze bijbelse lijn zetten, zullen we ook op een bijbelse manier vakantie vieren. Moeten we niet zeggen dat God ons extra tijd geeft om onze bevrijding in Christus te vieren? Wanneer we het jaar door zo druk zijn dat bijbellezen, bidden en kerkgang er soms bij in schiet, laten we dan de gelegenheid zien die God ons geeft in de vakantie. Een reis met een bijzondere lading in de Bijbel is de pelgrimstocht. De bestemming van zo’n reis is de tempel in Jeruzalem. Een pelgrim is onderweg naar zijn God. Zijn wij als christenen niet net zo goed pelgrims, mensen die onderweg zijn op bedevaart naar God? En onderweg is het God die over je waakt (Psalm 121). Of je nu thuis bent of op vakantie.