De zeilboot, de wind en de zeiler

‹ Terug naar overzicht
Geplaatst op:
Wie doet wat wanneer een mens tot geloof komt? Ik kom er niet uit. Wanneer je zegt dat God geloof bewerkt door zijn heilige Geest, ‘Door zijn genade bent u nu immers gered, dankzij uw geloof. Maar dat dankt u niet aan uzelf; het is een geschenk van God’ (Efeziërs 2:8-9), dan worden mensen lui of gaan daar op zitten wachten. Wanneer je zegt dat mensen zelf iets moeten doen ‘Namens Christus vragen wij: laat u met God verzoenen’ (2 Korintiërs 5:20), dan worden mensen angstig of ze krijgen het onterechte idee dat zij zelf de keus maken om te geloven.

Door ds Rutger Heij

Uiteindelijk komt iemand met Filippenzen 2:12-13 aanzetten: ‘Blijf u inspannen voor uw redding, en doe dat in diep ontzag voor God, want het is God die zowel het willen als het handelen bij u teweegbrengt, omdat het hem behaagt.’ Dit laatste zou je inzichtelijk kunnen maken door te spreken van twee perspectieven: op de voorgrond staat de opdracht van God om te gaan geloven (zo komt het evangelie op je af, Marcus 1:15) en ben jij het die de keus maakt om je aan God toe te vertrouwen, op de achtergrond is het God die je hiertoe brengt. Ik zwijg nu maar verder over de leer van de uitverkiezing en gedachten over de vrije wil.

Maar hoe werkt de Geest wanneer Hij een mens tot geloof brengt? Vaak gebruikt Hij gewone middelen: mensen (ouders) die over God vertellen en het geloof voorleven, kerkdiensten en de sacramenten (Zondag 25), de bijbel, een preek, je medemens. Gewoon dingen die je kunt horen en zien. Daarin en daardoor werkt de Geest zijn onzichtbare werk in je hart. Je merkt dat pas als iemand zichtbaar gaat geloven. Om dat onzichtbare werk van de heilige Geest kun je en moet je bidden als je wilt gaan geloven. Tegelijk gebruik je de gewone middelen.

Vergelijk het met een zeilboot. De wind is de Geest, die waait wel. Maar jij moet ervoor zorgen dat je de wind opvangt, je hijst de zeilen. Doe je dat niet dan ga je niet vooruit. In het geloof is het hijsen van de zeilen: naar de kerk gaan, bijbel lezen, bidden, omgaan met medegelovigen. Zo vang je de Geest op. Is geloven daarmee iets geworden waar je zelf voor zorgt? Nee. Net zomin als ik kan zeggen: omdat ik de zeilen heb gehesen stuw ik de zeilboot voort. Tegelijk geldt, als jij het zeil niet hijst vang je de wind niet op die de boot voortstuwt. De Geest waait en werkt wel in deze wereld. Maar op de een of andere manier moet jij hem opvangen. Ben je dan toch zelf verantwoordelijk? Aan de ene kant wel, aan de andere kant ook weer niet. Want als ik op mijn boot zit en er steekt een windje op dan begint het zo te kriebelen, dan moet ik het zeil wel hijsen. Zo begint het bij de wind. Net zo begint mijn geloof bij de Geest die waait en werkt.

Gods werk in jou en je eigen verantwoordelijkheid sluiten elkaar niet uit. Jij moet voor God kiezen, dat is 100 procent jouw verantwoordelijkheid. Tegelijk is jouw geloof 100 procent Gods werk in jou. Alle eer voor mijn geloof is voor God. Ervan genieten doen we samen.