Leren van kleren (2)

‹ Terug naar overzicht
Geplaatst op:
De goede (ook wel heilige of stille) week begint. De jubel klonk: ‘Hosanna!’ Maar een paar dagen later was het enthousiasme bekoeld, de stemming gedaald en het lied verstomd. Toen werd er geschreeuwd: ‘Weg met Hem!’ Maar: Hij steeg uit ’t graf door Vaders kracht, want Hij is God, bekleed met macht! Aandacht voor sprekende kleding. Nadenken over stof geeft stof tot nadenken…

Door Jorrit Woudt

 

Zondag 9 april 2023

Pasen

U hebt mijn klacht veranderd in een dans, mijn rouwkleed weggenomen, mij in vreugde gehuld (Ps. 30,12).

Lezen: Joh. 20,1-10

‘Kom, haast je en ren, snelle voeten!’ Want wat er nu toch is gebeurd… Jezus leeft, halleluja! ‘Lachen en vrolijkheid vervult de harten, want onze Heiland is opgewekt!’ Op zondag 1 april 1725 kwam in de Thomaskirche in Leipzig voor het eerst Bach’s Paasoratorium (BWV 249) tot klinken. Na stille zaterdag wordt op Paaszondag meteen de toon gezet met een feestelijke sinfonia met een glansrol voor de koperblazers en de pauken. Na de vrolijke opening worden we meegenomen in de belevenissen op die eerste Paasdag door de ogen van Petrus (tenor) en Johannes (bas) en door Maria van Magdala (alt) en de andere Maria (sopraan), de moeder van Jakobus en Josef  (Matt. 28,1; Luc. 24,10).

Stralende gewaden

Wonderlijk genoeg komt de opgestane Heer zelf niet in het oratorium voor. In een recitatief wordt verteld hoe bovengenoemde personen bij het lege graf aankomen, waarin Petrus de linnen doeken ziet liggen als teken dat Christus werkelijk is opgestaan (Luc. 24,12; Joh. 20,6-7).  Vandaag geen heraut in kamelenharen mantel (Matt. 3,4) maar mannen in stralende gewaden (Luc. 24,4) die het Paasevangelie uit de doeken doen! Bach herinnert ons in de aria ‘Sanfte soll mein Todeskummer’ troostend aan Jezus’ sterven middels een verstild pastoraal wiegelied. Zodat wij beseffen dat Christus’ dood heeft bewerkt dat ons sterven geen definitief einde is, maar een afsterven van de zonden en doorgang tot het eeuwige leven (HC Zondag 16). Hij was dood, maar leeft (Opb. 1,18)! Daardoor mogen wij uitzien naar onze opstanding in heerlijkheid (HC Zondag 17), wanneer we in witte kleren met palmtakken in de hand voor de troon van het Lam mogen staan (Opb. 7,9). Deze aria bezingt het op een mooie manier: ‘Jezus, uw zweetdoek zal mij daarginds verfrissen en de tranen van mijn pijn troostend van mijn wangen afwissen.’ Dat doet denken aan Opb. 21,4: ‘God zal alle tranen uit onze ogen wissen. Er zal geen dood meer zijn, geen rouw, geen jammerklacht, geen pijn, want wat er eerst was is voorbij.’ Dus trek je feestkleding aan en stap stralend uit het donker van de zonden in het heldere levenslicht (vrij naar BWV 180, LB 376). Laat onomwonden klinken: de Heer is waarlijk opgestaan!

 

Klik hier om te luisteren naar Sanfte soll mein Todeskummer uit het Paasoratorium van Bach