Wat moeten we met ons falen?

‹ Terug naar overzicht
Geplaatst op:
Er worden harde noten gekraakt en ze halen allemaal de voorpagina’s. Het coronabeleid, dat weliswaar veel improvisatie vereiste, heeft in ieder geval in verpleeghuizen ertoe geleid dat mensen stierven in eenzaamheid. Direct daarna kwam het rapport over onze koloniale oorlog in Indonesië, over extreem geweld dat niet uitzonderlijk was maar systematisch, en dat door de regering in Den Haag werd gedekt.

Door drs Piet Houtman

Er staan nog een aantal parlementaire enquêtes op stapel, zoals over de aardgaswinning in Groningen en over de toeslagenaffaire. Zonder erop vooruit te lopen is het duidelijk dat het drama’s betreft, die slachtoffers zwaar heeft getroffen en waarvoor ze, ondanks heel wat aandacht en erkenning, nog altijd niet schadeloos zijn gesteld. Kortom, het zijn schandalen.
Wat alle onderzoeken gemeen hebben is dat ze achteraf hebben plaatsgehad: het diepe en grootschalige leed was al geleden. Doden komen niet terug en talloze overlevenden hebben levenslang.

Excuses

Rapporten beogen veelal niet om individuele mensen als daders te brandmerken. Al zijn politieke en zelfs gerechtelijke vervolging niet altijd uit te sluiten. Een gemeenschappelijke noemer is wel het falen van onze nationale regering en de volksvertegenwoordigers die wij zelf gekozen hebben. We moeten ons met elkaar schamen.
Wat moeten we doen, wat kúnnen we doen? Excuses, dat komt het eerst boven. Aan slachtoffers en/of nabestaanden. Die moeten dan natuurlijk geloofwaardig zijn en gevolgd worden door daden van reparatie of herstelbetalingen of wat maar zinvol kan zijn.

Het menselijk tekort

Intussen zie ik een rode draad, die niet voldoende wordt onderkend. In één woord samengevat: een illusie van maakbaarheid die vér boven de realiteit uitgaat. Het idee van: ‘we’ hadden het veel beter kunnen doen. Als ‘we’ maar beter voorbereid waren. Fouten waren vermijdbaar. ‘Ze’ hadden het beter moeten doen. Maar meestal staan de beoordelaars aan wal.
Er is te weinig erkenning van het menselijk tekort. Menselijke beperktheid én schuldige fouten. Excuses – zouden die ook niet op hun plaats zijn aan het adres van God, van de Heer die regeert? Ook publiek, gemeenschappelijk, ‘wij’ met elkaar?
En dan ook voor de toekomst een voornemen om dát beter te doen: de juiste koers en de bekwaamheid van Hem te verwachten en het vertrouwen op Hem te stellen?

Biddag

Eerstdaags is het weer biddag. De kerk kan weliswaar niet plaatsvervangend namens het hele volk bidden, maar laten we wél, solidair met onze politici en de mensen om ons heen, zélf dit gebed bidden, om vergeving en om vernieuwing. Dat kunnen we ook voor hen doen: voorbede voor regeerders en alle mensen op posities met hoge verantwoordelijkheid. We moeten het tenslotte allemaal van Gods genade hebben.