Zorgen voor de tuin van God

‹ Terug naar overzicht
Geplaatst op:
Sinds een paar jaar heeft een bevriend stel een volkstuin, grenzend aan de wijk waar ik woon. Al vanaf het eerste jaar mocht ik af en toe meegenieten van de aardbeien en courgettes die uit de tuin kwamen. Sinds vorig jaar helpt mijn vriend het stel mee, en dus voelde ik me ook wat verantwoordelijker om de groente- en fruitplanten water te geven, bloemen te zaaien en onkruid te wieden. Dit jaar hebben we alle vier minder tijd genomen voor de volkstuin, en dat is te zien.

Door Anne-Maaike Pathuis

Door Anne-Maaike Pathuis

Er staat veel onkruid en in combinatie met de vele regen van de afgelopen maanden is de tuin een paradijs voor naaktslakken geworden. De jonge courgetteplanten zijn al snel opgegeten door de slakken, en ook de bonenplantjes gaan er één voor één aan. De uien en aardappels groeien wel, maar ook daar zijn de slakken begonnen aan het groen. Als we nu af en toe in de tuin komen om water te geven, staan we er met gemengde gevoelens. Dat onkruid, daar moet echt wat aan gebeuren. En oh, wat is het jammer dat de courgettes en boontjes dit jaar weinig kans van slagen hebben. Waarom hebben we niet meer gedaan aan de tuin? Of eigenlijk: vriendlief, waarom heb jíj je verantwoordelijkheid voor de tuin niet genomen?

Dit deed me denken aan die andere tuin – het paradijs zoals dat in het begin van de Bijbel beschreven wordt. Adam en Eva mogen, in harmonie met de dieren, genieten van alle bomen en planten die God heeft geschapen. Ze zijn verantwoordelijk voor dit stukje aarde, en de aarde brengt vruchten voort. Wat een heerlijkheid! Maar het blijkt niet voor altijd te zijn. Adam en Eva laten zich leiden door begeerte en eten van de enige boom waarvan het hun verboden is om te eten. Ze verstoppen zich voor God en schuiven hun verantwoordelijkheid van zich af – het was de vrouw, het was de slang! Zo heeft de zondeval gevolgen voor de verhouding tussen God en mensen en tussen mensen onderling. Maar de gevolgen worden ook zichtbaar in de natuur: de akker is vervloekt, ‘zwoegen zul je om ervan te eten, je hele leven lang’.

Wij zijn gelukkig niet afhankelijk van de opbrengst van de volkstuin, maar op andere plekken in deze wereld hebben wanbeleid en gebrekkige zorg voor de schepping grote gevolgen. In het ND van 17 juli jl. stond dat de kap van regenwouden in de Amazone tot het verlies van 10.000 plant- en diersoorten leidt. De biodiversiteit neemt af, waardoor het evenwicht in de natuur verstoord raakt en er veel minder van het broeikasgas CO2 wordt opgenomen. Mede hierdoor zal de temperatuur op aarde blijven stijgen. De gevolgen van deze klimaatverandering zijn aan de ene kant grote droogte en aan de andere kant overstromingen. De schepping zucht… Wat kunnen we dan als individuen doen?

Allereerst kunnen we bidden en verwachtingsvol uitzien naar de tijd dat God alles op aarde weer zal herstellen. Tegelijkertijd mogen we ons ook blijven verwonderen over dat wat wel mooi en goed is. In de volkstuin zaten de slakken ook tussen de aardbeien, maar de oogst was er niet minder om – in tegendeel. We kunnen oogsten van de frambozenstruiken, en aan de pruimen- en appelboom groeit het fruit gestaag. Daar hebben we zelf niets voor hoeven doen, wat een rijkdom! Verwondering over Gods schepping leidt tot liefde voor die schepping. Uit liefde komt vervolgens het verlangen voort om opnieuw verantwoordelijkheid te nemen voor het kleine stukje schepping waar wij ons geroepen weten. De volkstuin, maar ook de straten waar we wonen, de stukken natuur waar we op vakantie van genieten. ‘De aarde is van God’ – en wij mogen er voor zorgen en van genieten.